MijnTuin.org
Wil je gepersonaliseerde informatie ontvangen over jouw tuin?
Heb je reeds een MijnTuin.org account? Aanmelden
Registreer je nu gratis!

Actinidia arguta - Kiwibes: alle info

43968 x gelezen
Eddy G. door Eddy Geers Volg Eddy G.

 

kiwibes_vruchten_1.jpg  

Naam

 Actinidia arguta

Nederlandse naam

 Kiwibes

Familie

 Actinidiaceae

Herkomst

 Siberië, Korea, Oost-Rusland, Japan, China

Categorie

 Bladverliezende slingerplant.  

Blad

 Meestal getand, met een lange bladsteel. Ze zijn vliezig, ovaal, langwerpig en kunnen 6 tot 12cm lang en 5-10 cm breed worden. De bladeren zijn heel spits aan de top, maar aan de basis worden ze rond tot hartvormig. Ze zijn symmetrisch of licht asymmetrisch. De bovenzijde is glimmend donkergroen, de onderzijde lichter groen. De nerven kunnen aan de onderzijde van het blad  behaard zijn. De bladsteel is afhankelijk van het ras, groen tot rozig of rood en kan 3 tot 6 cm lang worden.

Bloei

 De meeste Actinidia arguta zijn tweehuizige planten. De bloemen zijn meteen ook de enige betrouwbare methode om vrouwelijke van mannelijke planten te onderscheiden. Mannelijke planten zijn dus noodzakelijk aanwezig voor de vruchtzetting. Er is minstens één  mannelijke plant nodig voor de bestuiving van 8 vrouwelijke planten. Door verschillende soorten aan te planten zal de bestuivingsgraad hoger zijn en de oogst beter. De bloemen ontstaan altijd in de bladoksels van de eenjarige scheuten. De bloemstelen dragen 1 tot 7 bloemen en zijn 8 tot 14 mm lang. De bloemen zijn wit met een groenachtige schijn en de bloemdiameter  bedraagt 1,2 tot 2 cm. Ze hebben 4 tot 6 ovaalronde tot langwerpige kelkbladeren. De helmknoppen zijn zwart of donkerpaars. Over het algemeen duurt de bloei ca. 10 dagen.  De kiwibes kan tot 10.000 bloemen per plant bevatten. De bloemen worden meestal door honingbijen en hommels bestoven, alhoewel de wind hierbij ook een belangrijke  rol speelt.  Bij de vrouwelijke bloemen staan talrijke stijlen en stempels straalvormig ingeplant. De vrouwelijke bloemen  bezitten ook meeldraden, maar deze produceren enkel steriel stuifmeel. In de ontluikingsfase verschijnen er zuiver witte bloemen die na 3 à 4 dagen crèmegeel worden. De blaadjes van de bloemen hebben een eerder gladde rand. Mannelijke bloemen bezitten enkel meeldraden of een verschrompeld begin van een stijl. De verdroogde bloemen blijven soms tot aan de winter hangen. Ze zijn in het begin zuiver wit en worden nadien geelachtig. De randen van de bloemblaadjes zijn licht  golvend.

kiwibes_bloei1.jpg

Bloeitijd

 mei-juni  

Takken

Er zijn twee soorten loten te onderscheiden: bladloten en vruchtloten. De vruchtloten worden verder onderverdeeld in enerzijds, loten die ontstaan op oud hout en vruchtknoppen dragen, en anderzijds loten die zich uit eenjarig hout ontwikkelen en aan de onderste 3 tot 7 knoppen  vruchten laten ontstaan. De loten groeien heel snel zonder een duidelijke stam te vormen. Gedurende een groeiperiode kunnen loten van  5 tot 8 m worden gevormd. De jonge spruiten zijn zeer  licht, vlezig en met fijne witte haartjes bezet. De kleur is aanvankelijk lichtgroen, wordt later rood- of  grijsbruin en kurkachtige wratten worden mettertijd  zichtbaar. De groei van de loten begint na de winterrust  en wanneer de gemiddelde temperatuur van 8°C is bereikt. Bij zware bodems zal dit wat later plaatsvinden; bij zandige bodems begint de groei vroeger.  Bij alle Actinidia-soorten produceren enkel de eenjarige  stengels vruchtdragende scheuten. Een studie van A. arguta 'Ananasnaya' toonde aan dat het percentage ontluikende knoppen en vruchtdragende scheuten van de vruchtbare twijgen groter is in de zone gelegen  tussen knoop 6 en 40.  De knoppen aan de basis ontwikkelen enkel een  vegetatieve scheut, dus geen bloemen. De stengels die  het vorige jaar productief waren, brengen vruchtdragende scheuten voort vanaf de knoppen voorbij de  vruchtdragende zone van vorig jaar. Om een te weelderige groei te voorkomen, vereisen de  planten een stevige snoei. De scheuten groeien het krachtigst in de lente en de zomer. Hierbij slingeren ze  zich dikwijls rond het steunmateriaal en rond en in elkaar. Dit moet vermeden worden omdat daardoor de sapstroom geblokkeerd wordt, waardoor er minder zijscheuten ontstaan.

 

Vruchten

De vrucht heeft een gladde, meestal donkergroene,  eetbare schil. Bepaalde selecties of kruisingen hebben roodgroene tot volledig rode vruchten.  Het vruchtvlees dat eveneens kan variëren in kleur van  groen naar rood, is zeer sappig en heeft een zeer geparfumeerde tot honingachtige smaak die vergelijkbaar  is met die van de gewone kiwi. De vruchten kunnen sterk  verschillen van vorm en zijn meestal 2 cm breed en 3 tot 5 cm lang. Ze wegen tussen de 5 en 20 g en kunnen in  trosjes van drie of vier aan de planten groeien. Goed uitgegroeide vruchten kunnen tot 200 zaden van ongeveer 2,5 mm bevatten. Onder ideale omstandigheden  kan een plant een hoge opbrengst voortbrengen van  30 kg en in uitzonderlijke gevallen zelfs 40 - 50 kg.  De vruchten worden rijp tussen eind augustus en eind oktober. Ze verdragen slecht manipulatie en hebben  geen goede bewaareigenschappen. Onder ideale omstandigheden, d.w.z. bij een temperatuur van 0-2°C  en een relatieve vochtigheid van 90%, zijn ze toch 8 - 12 weken bewaarbaar. Rijpe vruchten bewaren maximaal 2 weken in de koelkast.  Voor de commerciële teelt worden de vruchten geoogst voordat ze volledig zijp zijn. Dit vergroot de bewaarmogelijkheden. Daar staat tegenover dat het suiker-  gehalte op dat moment nog aanzienlijk lager ligt. De vruchten in de tuin kunnen we aan de struik laten  rijpen, wat het suikergehalte en de smaak ten goede komt. Let er bij het oogsten op dat de kiwibes niet van  het steeltje wordt afgescheurd. Hierdoor kan het vruchtvlees op deze plek immers versneld gaan rotten. Dit kan voorkomen worden door de vruchten met een schaartje af te knippen. De vrucht heeft een zeer hoog gehalte aan vitamine C, is een rijke bron aan nuttige  mineralen, anti-oxidantia en vezels.  Ook het suikergehalte is hoger dan bij de gewone kiwi en  varieert van 14 tot 29%

kiwibes_melle_1.jpg

Aanplanten

 

Maak de bodem vrij van onkruiden en los tot op 30 - 40 cm. Een klein deel van de wortels mag indien nodig  bijgeknipt worden. Er mogen geen meststoffen in het plantgat worden gebracht want de wortels zijn zeer  gevoelig voor verbranding.  De bodem moet vochtig genoeg gehouden worden om wortelgroei te stimuleren, maar er mag niet te veel water  gegeven worden want de kiwibes houdt niet van 'natte  voeten'. Om de aanplant te beschermen tegen de koude  winden gedurende de winter en vooral in het voorjaar  worden in de professionele plantages windschermen geplaatst. Een beschutte plaats in de tuin is daarom sterk aan te bevelen. De kiwibes is perfect winterhard,  maar wanneer de temperaturen in de late winter of in de  lente beginnen te stijgen, ontluiken de knoppen. Late nachtvorst kan hier schade aanbrengen aan de knoppen waardoor geen vruchten worden gevormd. Daarom mag vanaf dat moment de temperatuur niet meer onder de  O°C zakken. Wil men verzekerd zijn van een oogst, dan  moet men de plant beschermen. Vorstschade kan men  dan voorkomen door kleine planten te overdekken met een vliesdoek of bij meerdere planten te sproeien door middel van een sprinklerinstallatie zoals dat op fruit-plantages gebeurt.  

In de tuin

 

De Actinidia of kiwiachtigen zijn nog niet zo wijd  verspreid in de tuinen, meestal ook omdat er vroeger  heel wat rassen op de markt zijn gebracht die weinig of  zeer wisselend productief waren. Ook vergt het wat  botanische en teelttechnische kennis om een mooie  oogst te hebben. De kiwibes is duidelijk het best  aangepast aan ons wisselvallig klimaat en is ook daarom  een heel geschikte plant om in de tuin te hebben.  Het ras 'Issai' is zelfbestuivend. In principe is er dus  geen extra mannelijke plant nodig. Een extra bestuiver  (mannelijke plant) zal er echter wel voor zorgen dat je  grotere en meer vruchten zal telen. Deze tweeslachtige  cultivar, afkomstig uit Japan, is minder groeikrachtig dan  andere arguta-cultivars. Dat maakt hem uitermate  geschikt voor kleinere tuinen en het is zelfs mogelijk om  hem als potplant te houden. Een bijkomend voordeel is  dat de plant snel in productie komt en soms al vanaf het  eerste, maar zeker al vanaf het tweede jaar vruchten  draagt. De bloeitijd is iets later dan die van de andere  cultivars en is daarom minder geschikt als bestuiver.  De zoete vruchten hebben een cilindrische vorm die  uitloopt op een punt. Ze zijn rijp tegen begin september.  De vruchten zijn iets kleiner en wegen tussen de 4 en 10  gram, maar de opbrengst kan oplopen tot meer dan 20 kg  per plant.

Teelttechniek

 

De slingerende kiwibes moet ondersteund worden door  een palenconstructie. Zelfs oude planten zijn zonder  steun niet stevig genoeg om de takken te dragen die  zwaar beladen zijn met vruchten. Bij de keuze van het  bedradingssysteem zijn er veel mogelijkheden.  In Europa en Amerika wordt de voorkeur gegeven aan een  T-balksysteem of aan een pergolasysteem.  De T-balkconstructie bestaat uit een verticale paal van  ca. 2 m waarop bovenaan een horizontale balk is  bevestigd van ca. 2 m. De horizontale balken van de  verschillende palen worden verbonden met een 5-tal  draden. Deze draden zullen de vruchtdragende takken  van de planten dragen. In de rij staan de planten ca.  2,5 m van elkaar. Zijn er meer rijen planten, dan wordt  tussen de rijen een plantafstand van 4 tot 5 m  aangehouden. De bedekte oppervlakte door een enkele  plant kan tot 25 m2  bedragen.  Ook een pergolaconstructie behoort tot de mogelijkheden.  Het nadeel is echter dat de snoei moeilijker is doordat de  planten sneller in elkaar gaan groeien. Het voordeel is wel  dat er minder risico op windschade is.

  kiwibes_t-balk.jpg

Algemene kenmerken

De kiwibes (Actinidia arguta) is een sterk groeiende slingerplant met kleine kiwivruchten. Deze vruchten hebben de omvang van een grote druif en kunnen in hun geheel, dus met schil, gegeten worden. Ze bevatten zoals de gewone kiwi zoet vruchtvlees, een hoog gehalte aan vitamine C, nuttige mineralen en anti-oxidanten. De verschillende cultivars zorgen voor variatie in vorm en kleur van de vruchten.

Actinidia arguta is een van de meest verspreide Actinidia-soorten ter wereld. Deze planten groeien in Siberië, Korea  Oost-Rusland, Japan en in een groot gedeelte van China. In Siberië en Noord-China groeit A. arguta op zeeniveau, terwijl ze meer in het zuiden enkel op grote hoogte voorkomt, soms zelfs tot 3500 m boven de zeespiegel.  De haarloze kiwibes, A. arguta is een krachtige klimplant  die in zijn natuurlijk biotoop langs hoge bomen op zoek naar licht omhoog groeit. Maar eveneens kan ze ook kleine struiken vormen die zich dicht bij de grond  bevinden. De kiwibes kent vele benamingen. Wegens zijn vruchtgrootte wordt deze ook wel mini-kiwi, babykiwi, grape  (druif)-kiwi en cocktail kiwi genoemd. De Franse  benamin is Kiwaï (samenvoeging van kiwi en bonsai). Anderzijds wordt hij door zijn winterhardheid in de  Verenigde Staten ook wel de 'hardy-kiwi' genoemd. De A. arguta in rust verdraagt immers temperaturen tot  -25°C en lager. Ook de naam Siberian gooseberry (Siberische kruisbes) verwijst naar zijn koudetolerantie  en zijn grootte. In japan is A. arguta bekend als  sarunashi wat aapjespeer betekent. De Chinezen gebruiken de benaming 'Van Zou' of Juan Tsao Tzen,  wat zachte dadel of sappige dadel betekent.  In Korea spreekt men van Tara, vertaald als wilde vijg.  

Snoeien

 

Het snoeiseizoen loopt van eind december tot eind  januari. Als de kiwiranken te laat worden gesnoeid  ontstaat er een overmatige sapstroming die zwakkere  scheuten voortbrengen. De afgesneden twijgen zullen  door de stuwende sapstroom gaan 'bloeden'.  De A. arguta 'Issai' kan al in de lente van het eerste  jaar bloemknoppen vormen en is, samen met het feit  dat ze zelfbestuivend is, een buitenbeentje onder de kiwibessen. De plant moet goed aangebonden worden, want reeds het eerste seizoen kunnen op de oorspronkelijke stam scheutjes met bloemknoppen ontstaan. Een nieuwe sterk groeikrachtige scheut wordt aangehouden om een stammetje te vormen. Wordt ervoor gekozen om met een T-balkstructuur te werken, dan kan de plant verder opgekweekt worden zoals in de professionele teelt: wanneer de stam de gewenste hoogte bereikt heeft, wordt hij nog eens teruggesnoeid.  Daardoor zal hij zich het volgende jaar sterker  ontwikkelen. De opbouwfase zal daardoor wel met een jaar vertragen. In het tweede, respectievelijk derde jaar groeien uit de stam sterke langloten. Deze worden  gedurende de vegetatieperiode straalsgewijs over het dak van de pergola, T-structuur of andere steunstructuur  verdeeld. Vier langloten worden vastgebonden en in het derde, respectievelijk vierde jaar voor het uitlopen tot een lengte van 1 à 1,5 m ingekort. Op deze manier krijg je een soort parapluvorm. Bij andere rassen (Geneva,  Ken's Red, Jumbo...) worden pas in het derde jaar de  eerste vruchten verwacht. Eenjarige twijgen die uit takken van het afgelopen jaar ontstaan, kunnen vruchten dragen. Twijgen die ontstaan op takken die ouder zijn, zijn onvruchtbaar. In de volgende jaren wordt de plant regelmatig verjongd. Belangrijk is dat niet zo veel maar  vooral eenjarige langloten bewaard worden. Op die manier wordt de vruchtzetting gewaarborgd. Na het vijfde of zesde jaar zijn de kiwibessen in volle productie.  De 'Issai' kan echter ook met meer stammen (als een waaier) verder opgekweekt worden, en kan tegen een  draad geteeld worden, zelfs ook in een pot.  Ook mannelijke planten worden gesnoeid: het doel van  het snoeien van mannelijke planten is zoveel mogelijk  bloemen te produceren voor de bestuiving. Het is best om enkel lichtjes te snoeien gedurende de winterperiode. De snoei bestaat uit het verwijderen van warrig  gegroeide scheuten en het beheersbaar houden van de plant. Na de bloei worden de planten gesnoeid volgens  dezelfde principes zoals hierboven besproken werd bij de snoei van vrouwelijke planten. In de zomer zullen sommige scheuten van nature stoppen  met groeien. Vroeg in het groeiseizoen, na de bloei, zal de top van enkele scheuten afsterven. Een 15 cm lange, dode, zwarte top wordt zichtbaar. Dit is natuurlijk en duidt niet op de aanwezigheid van een ziekte.

Ziekten en plagen

 

De kiwiteelt heeft weinig last van ziekten en plagen. Soms kunnen insecten op kiwiplanten voorkomen maar deze komen nooit in die mate voor dat ze bestreden moeten worden. Jonge kiwibesplanten kunnen aangevreten worden door slakken en daardoor heel wat  groeiachterstand ondervinden. Regelmatige controle na de aanplant is aan te raden.  Een van de grotere vijanden van de kiwiplanten is de  huiskat. De bladeren, takken en wortels bevatten een stof die hen aantrekt. Ze schuren zich tegen de stam en takken van de jonge planten waardoor die afbreken. Het is aan te raden rond de jonge kiwiplanten een  bescherming aan te brengen van bv. kippengaas. Ook muizen kunnen schade toebrengen. Daarom wordt rondom de voet een stukje kippengaas gelegd.

Meststoffen

 

Voorzichtig met meststoffen omdat de wortels zeer gevoelig zijn en dus makkelijk verbranden. De jonge planten moeten maandelijks een kleine hoeveelheid  stikstof krijgen. Jonge planten mogen na de maand juli niet meer bemest worden Deze bemesting zou immers  late vegetatieve groei, die zeer gevoelig is voor koude, stimuleren. Wanneer de planten vruchten dragen, onderdrukken deze de late vegetatieve groei en reduceren aldus het gevaar voor vorstschade. Volgroeide planten mogen 0.5 kg stikstof per jaar krijgen. Hierbij wordt 2/3 van de stikstof gegeven in maart,  bij het openbreken van de knoppen. Dit mag breedwerpig onder de planten gestrooid worden. In mei-juni wordt nog 1/3 stikstof gestrooid.  Bij de bemesting dient de bodem vochtig genoeg te zijn. Daarom is het beter meststoffen te strooien na een  goede regenbui.

Vermeerderen

 Door het nemen van stekken

 

 

kiwibes.jpg

3 reacties

  • Renilde Renilde Dikke boterham! Bedankt Eddy voor zoveel nuttige info in één artikel!!
    Maandag 21 Maart 2016 om 15:09
  • Mark B. Mark B. Zeer informatief! Ik heb zopas twee kiwibessen gekocht (red jumbo) en geplant. Elk plantje heeft 2 stammen. Is het de bedoeling dat ik telkens slechts 1 stam overhoud? En zo ja, wanner kan ik die overige stammen het best snoeien?
    Maandag 28 Mei 2018 om 22:07
  • Lieven G. Lieven G. gewoon zo houden @markbollen
    Maandag 28 Mei 2018 om 23:38

Log in om een reactie te plaatsen