Carpinus betulus - Haagbeuk
Carpinus betulus | |
Naam | Carpinus betulus |
Hoogte | 15 - 18 m. |
Blad | 12 - 14 paar nerven, meer dan bij de beuk; de bladrand is dubbel gezaagd; in herfst geel; een deel van het blad blijft vaak de gehele winter verdord aan de boom. |
Bloemen | weinig opvallend; april - mei. |
Vruchten | geribbelde nootvrucht op een driedelig schutblad in trossen bijeen. |
Algemeen | In de jeugd heeft de boom een piramidale kroon; later wordt deze rond of iets langgerekt rond; de kroon is dicht vertakt en de stam is glad en 'gespierd', gebruikt als onderbeplanting, geschoren lage en hoge haag. Als parkboom en landschappelijke boom. Door de zaailingverschillen zijn de diverse individuen onderling nogal afwijkend en gebruikt men voor straat- en laanbeplanting meestal een van de cultivars. Deze boom moet staan op een zure tot neutrale bodem. De boom vormt geen penwortel en dringt met zijn zijwortels over het algemeen niet diep de grond in. Verdraagt geen hoge grondwaterstand, zeewind en strooizout; is echter weinig gevoelig voor luchtverontreiniging; kan heel goed tegen snoei, behalve in het voorjaar; heeft een voorkeur voor iets leemhoudende gronden. |
Deze fiche werd samengesteld in opdracht van Groennet door: |
Er zijn nog geen reacties.
Log in om een reactie te plaatsen