Deze week in de tuin: de eerste week van april
Uw tuin in de eerste week van april
Het paasverlof staat voor de deur. Diegene die thuisblijven hebben nu wat extra tijd om zich in de tuin nuttig bezig te houden.
- Het is volop planttijd. April is niet alleen de grasmaand, het is ook een plantmaand. Denk in de tuin ook eens aan klimplanten, ze bieden veel mogelijkheden en dan moet je niet enkel aan muren, carports of pergola’s denken. Sommige zijn ook bruikbaar als bodembedekker. Het zijn ook niet enkel zonnige plaatsen die in aanmerking komen voor klimmers. Ook een plek met schaduw kan worden aangekleed. Een geschikte plant daarvoor is de klimhortensia (hydrangea petiolaris). Het is een bladverliezende klimplant die zichzelf vasthecht door middel van hechtwortels. Toch kan je best hier en daar de plant aanbinden of vastzetten want bij hevige wind kan hij wel loskomen van een muur. Op gladde oppervlakken hechten ze zich ook moeilijk vast. Maak een goed diep plantgat dat flink is voorzien van vruchtbare grond en geef regelmatig water. Het is een trage groeier, maar eens hij zich heeft ‘genesteld’ maakt hij flinke scheuten. Klimhortensia bloeit vroeg in de zomer met geurende bloemen.
Bomen en heesters met kale wortels of met een in jute verpakte kluit kun je tot ongeveer half april planten. Containerplanten kun je praktisch het hele jaar door planten. Geef na het planten en tijdens droogteperiodes in het eerste jaar flink water.
- Het gazon Als dat nog niet gebeurd is, zal het gazon waarschijnlijk aan zijn eerste maaibeurt toe zijn. Maai vooral nog niet te kort en maai niet nadat je meststoffen hebt gestrooid. Vanaf nu zal er weer regelmatig (lees wekelijks) gemaaid moeten worden. Voorzie een composthoop. Een nieuw gazon inzaaien kan vanaf nu. Hou rekening bij de keuze van het gras-zaadmengsel met de specifieke eisen die je wenst: intensief bespelen of betreden, siergazon, gazon voor een eerder schaduwrijke plek, weidemengsel… Na het verticuteren of ontmossen kan het nodig zijn om kale plekken opnieuw in te zaaien. Hiervoor bestaan ook speciale mengsels (herstelgazon, doorzaaigazon…) Meestal zijn deze zaden omhult wat het zaaien makkelijker maakt, voor een snelle kieming zorgt en beschermt tegen ziektes en vogels.
- Eénjarigen Een groot aantal éénjarigen kan nu ter plaatse worden gezaaid. De meeste houden van een zonnige plek in luchtige vruchtbare tuingrond. Enkele makkelijke en goed bloeiende éénjarigen: Calendula officinalis- goudsbloem Centaurea cyanus- korenbloem Convolvulus tricolor- dagbloem Helianthus annuus- zonnebloem Nigella damascena- juffertje in ’t groen Papaver- klaproos Tropaeolum majus- Oost-indische kers Zinnia
- Bloembollen Wie wenst te genieten van bloei tot in het najaar kan uiteraard beroep doen op vaste planten maar ook op zomerbloeiende bloembollen zoals dahlia’s, begonia’s, gladiolen… Bij de meeste soorten die hoog groeien kan je best direct een steunstok plaatsen. Vele zijn ook geschikt om te gebruiken in potten op het terras.
De belangrijkste eis van bolgewassen is een luchtige, voedzame, goed doorlatende grond. In (te)natte grond verstikken de bollen en rotten ze volledig weg. Plant de bloembollen dus niet als de bodem te vochtig is. Bloembollen gedijen best in een humusrijke grond. Vooral de bolgewassen die niet jaarlijks uit de grond worden gehaald. Zorg bij het planten van de bloembollen dat er steeds een goed contact is tussen de bollen en de bodem. Maak de bodem wat los. Gebruik een bollenplanter. Deze zijn in twee types verkrijgbaar: deze waarbij de grond eruit getikt moet worden en deze met een veermechanisme, waarbij de grond automatisch geleegd wordt. Je kan natuurlijk een gewoon plantschopje gebruiken, maar het nadeel hierbij is dat maar zelden alle bollen op een zelfde diepte worden geplant. Wie bepaalde soorten te diep plant maakt zelfs kans dat ze planten helemaal niet opduiken.
- Bemesting In het voorjaar als de planten volop in groei komen kan het nodig zijn om te bemesten. Planten onttrekken nu eenmaal veel voedsel aan de bodem en daarom moet de bodem opnieuw worden aangevuld met voedingsstoffen. Bemesten doe je best in het voorjaar en nogmaals in het najaar. Strooi best op een regenachtige dag zodat de korrel goed kan verkruimelen. Er bestaan diverse soorten meststoffen. Organische meststoffen zijn veiliger dan kunstmeststoffen. De voedingsstoffen worden meer geleidelijk afgegeven, wat de kans op verbranding aanzienlijk beperkt. Lees in ieder geval de instructies op de verpakking en denk niet dat je er goed aandoet om extra veel te strooien. Wat de planten niet kunnen opnemen spoelt gewoon door. -Indien mogelijk werk je de meststofkorrels oppervlakkig in de bodem -Voor planten in potten kan je de meststof mengen met de potgrond. -Er zijn diverse samenstellingen volgens de specifieke behoeftes van de planten. Zo zijn er meststoffen speciaal voor fruitbomen, hagen, rozen, kruiden enz…
- Hou de onkruidgroei onder controle. Na het verwijderen van de onkruiden kan je een mulchlaag leggen van decoratieve schors, houtsnippers of cacaodoppen. Zo’n laag houdt de onkruidgroei tegen en zorgt ervoor dat de grond niet te snel uitdroogt.
Er zijn nog geen reacties.
Log in om een reactie te plaatsen