Ziekten en plagen bij erwten
Een overzicht van wat er fout kan gaan bij de teelt van erwten. Veel problemen kunnen worden voorkomen door een goede onkruidbestrijding, vruchtafwisseling en bodemstructuur.
Ziekten en plagen bij erwten |
||
Wat zie je ? |
Probleem |
Oplossing |
Hoekige gaatjes in de bladranden. Groeipunten worden bij aanhoudend schraal weer beschadigd. |
Bladrandkever |
Spuiten bij eerste waarnemingen (moet vóór de eiafleg gebeuren) |
Slingervormige, lichtgekleurde gangen in de bladeren. |
Erwtenbladmineervlieg |
Dimethoaat |
Op het perceel waar erwten worden geteeld ontstaat pleksgewijs wegkwijnend en geel verkleurend gewas. |
Erwtencystennematode |
Vruchtafwisseling ! |
De bloesem en pas gevormde peulen worden vernietigd. |
Erwtengalmug |
Dimethoaat |
Het gewas staat lichtgroen tot geelachtig. |
Mangaangebrek |
Mn-bladvoeding Laat aan de hand van een bodemanalyse de Ph en/of bemesting in orde brengen |
Bladeren vertonen bleekbruine of geel tot geelgroene vlekken. Op de bladonderzijde groeit bij vochtig weer een grauw schimmelpluis. Bij zware infecties worden ook bloesems, peulen en jonge zaden aangetast. Peulen kunnen ook geelgroen verkleuren. |
Valse meeldauw |
|
Op het loof verschijnen roestbruine stuivende puistjes. |
Roest |
|
Op het loof en op peulen ontstaat een wit, grauw poedervormig schimmellaagje. Peulen kunnen rotten. |
Echte meeldauw |
Cosavet |
Plaatselijk mindere groei en soms vroegtijdig afsterven van gewas. |
Wortelknobbelnematoden |
Geen chemische middelen beschikbaar. |
In de peul merk je groengele rupsen met een zwarte kop die vraatgangen maken in de zaden. De uitwerpselen blijven aan spinseldraad hangen. |
Erwtenpeulboorder |
|
Erwtenpeulen zijn verkleurd en hebben zilverachtige of bruine littekens. Ze kunnen ook misvormd zijn. De peulen bevatten slechts enkele zaden aan de kant van de steel. Ook het blad verkleurt. Kleine zwarte donderbeestjes zuigen in massa aan jonge opkomende erwten. |
Al deze middelen werken slechts goed bij temp. tot max. 25°C. Indien warmer werken ze minder goed tegen trips. |
|
Gele mozaïekpatronen, strepen, vlekken op de bladeren. Soms ook op de stengels. De planten zijn misvormd en gedrongen en bloeien meestal niet of zetten geen vrucht. De peulen kunnen misvormd en verkleurd zijn. |
Erwtenvirusziekten |
De overbrengers doden zoals aaltjes (vruchtwisseling!) of bladluizen. |
De bladeren krullen, vruchten en scheuten worden krom. Op de bladeren en vruchten ligt een suikerachtige laag waarop zich roetdauwschimmels ontwikkelen; De bladeren zijn kleverig. |
Bladluizen |
|
Ingezonken gele of bruine vlekken op bladeren en peulen en bloemstelen Het omringende weefsel vergeelt. Op deze beschadigingen kunnen talrijke kleine vruchtlichamen ontstaan. |
Lichte vlekkenziekte |
|
Er ontstaan ruwe scheurranden aan het blad. |
Beschadiging door duiven. |
Afdeknetten gebruiken |
Er zijn nog geen reacties.
Log in om een reactie te plaatsen