Een laat rijpend, paarsrood ras (eind juli oogst). De vruchten hebben vast vruchtvlees met een goede smaak. Vrijwel ongestekeld, geringe vatbaarheid voor Amerikaanse kruisbessenmeeldauw.
De kruisbes (Ribes uva-crispa) of stekelbes (in België), ook wel klapbes of knoeper genoemd, behoort evenals de aalbes (Ribes rubrum), de alpenbes (Ribes alpinum) en de zwarte bes (Ribes nigrum) tot de ribesfamilie (Grossulariaceae). In Vlaanderen is de term stekelbes algemeen gangbaar, de kruisbes vormt dan ook een stekelige struik.
In het wild komt de kruisbes voor op vochtige, matig voedselrijke, kalkhoudende grond op kapvlakten, onder struikgewas en op openplaatsen in het bos.
De struik wordt 0,6-1,2 meter hoog en heeft gestekelde takken. De bladeren zijn rondachtig en drie- tot vijfbladinsnijdinglobbig. De bladsteel en de onderkant van het blad zijn zacht behaard.
De kruisbes bloeit in april met groenachtige of vuilpaarse bloemen. De kelkbuis is klokvormig en de langwerpige kelkslippen zijn teruggeslagen. De kelk heeft dezelfde kleur als de kroonbladen. De kruisbes wordt bestoven door insecten en kan vruchtzetten met eigenstuifmeel(zelfbestuivend).
De vrucht is een kale of met klierachtige borstels bezette bes en heeft rijp een groene, gele, rode of roodpaarse kleur.