De lampionplant is een plant uit de familie van de nachtschades (Solanaceae), met eetbare rode vruchten. De plant is oorspronkelijk afkomstig uit Zuid-Europa (de andere leden van het geslacht Physalis komen vooral uit Midden- en Zuid-Amerika).
Physalis alkekengi franchetii, in het nederlands ook kleine lampionplant genoemd is een bladverliezende vaste plant met een vrij invasieve kruipende groeiwijze en middengroene hartvormige bladeren. Deze lampionplant bloeit van mei tot juli met onopvallende, hangende roomwitte bloemen, later gevolgd door oranjerode bessen omgeven door papierachtige lampions.
Physalis alkekengi var. franchettii heeft een iets kleiner blad dan de soort, houdt van een standplaats in de halfschaduw of gefilterd zonlicht en een goed doorlaatbare bodem. Deze plant is goed winterhard, droogtetolerant, decoratief in zomer en herfst, ziektevrij en kan soms wel eens door slakken op het menu gezet worden.
Geneeskracht lampionplant
Willaert details
Bloeitijd juli - augustus - september
Standplaats zon of halfschaduw
Hoogte 80cm
Snijbloemen
Droogbloemen
Aanvullend tekst van Cessie:
De lampionplant is inheems in Europa en Azië en een zeer gemakkelijke tuinplant. Liefst staat ze op een kalkrijke bodem in de volle zon.
In mei/juni verschijnen er weinig opvallende witte bloemen die gevolgd worden door rode besvruchten die omgeven worden door een erg sierlijke papierachtige kelk.
Deze oranje kelken houden zeer lang in droogbloemboeketjes.